In de circulaire economie worden producten en materialen hergebruikt en behouden grondstoffen hun waarde. Er is minder grondstoffenverbruik en minder afval. Een circulaire economie is dus meer dan alleen recycling. De belangrijkste kenmerken van een circulaire economie zijn dat hergebruik van producten en grondstoffen centraal staat en schadelijke uitstoot naar bodem, water en lucht zo veel mogelijk wordt voorkomen.

De belangrijkste uitgangspunten voor een circulaire economie zijn:

  • anders denken;
  • anders ontwerpen (productontwerp);
  • hoogwaardig hergebruik;
  • reparatie, onderhoud en revisie;
  • ketensamenwerking;
  • betalen voor gebruik in plaats van bezit.

Momenteel leven we vooral in een lineaire economie. Dit noemen we ook wel een take-make-waste-economie (van grondstof naar afval). Om de ontwikkeling naar een circulaire economie een kans te geven, moeten regels verruimd worden voor nuttige toepassing (afval of geen afval).
Ondernemers kunnen daarvoor nu belemmeringen doorgeven aan een werkgroep van verschillende ministeries. De ministeries hebben een gezamenlijk programma dat heet ‘Ruimte in Regels voor Groene Groei’. Deze werkgroep zet het probleem op de werklijst. Als een belemmering is afgerond, wordt deze met meer informatie over de belemmering en de gevonden oplossing gepubliceerd op de pagina ‘afgerond’.

De ambitie is dat Nederland in 2050 circulair is volgens het Rijksbrede programma ‘Nederland circulair in 2050’. Om dat te bereiken moet afval omgezet worden in grondstoffen en materialen. De ministeries hebben een gezamenlijk programma van EZ en I&M in samenwerking met RvO en ILT. Dit programma heet ‘Ruimte in Regels voor Groene Groei’.